Gemeten PFOA in grond(water) ruim onder gestelde norm

Het RIVM heeft in opdracht van de gemeente Dordrecht op basis van de nieuwste inzichten risicogrenswaarden voor PFOA in grond en grondwater afgeleid. De gemeente kan hiermee bepalen of de kwaliteit van de grond en het grondwater een risico vormt voor mens en milieu, en of maatregelen nodig zijn. Dat is in de omgeving van Chemours niet het geval. Dit blijkt uit de gemeten PFOA-gehalten in het onderzoek van het Expertisecentrum PFAS naar atmosferische depositie (neerslaan van luchtuitstoot op de bodem) van PFOA en GenX in de omgeving van de fabriek van Chemours. Dit onderzoek, in opdracht van de provincie Zuid-Holland, concludeert dat luchtdepositie zeer waarschijnlijk heeft plaatsgevonden (PFOA en GenX) en plaatsvindt (GenX). De gemeten gehalten PFOA liggen ruim onder de nieuwe risicogrenswaarden voor grond en grondwater. De aangetroffen hoeveelheden GenX in grond en grondwater zijn heel beperkt. Toch willen gemeente en provincie het RIVM vragen om ook voor GenX risicogrenswaarden voor grond en grondwater af te leiden.

De kennis over PFOA heeft zich de afgelopen jaren verder ontwikkeld. Daarom wilde Dordrecht een actuele set risicogrenswaarden laten opstellen, waaraan ze de uitkomsten van bodemonderzoek kan toetsen. De tot dusver gehanteerde risicogrenswaarde dateerde uit 2014. Voor PFOA zijn geen landelijke interventiewaarden, dus heeft Dordrecht het initiatief genomen om het RIVM te vragen lokale risicogrenzen af te leiden voor grond en grondwater. Die zijn uitgesplitst naar verschillende bodemgebruiksvormen, zoals bijvoorbeeld wonen met (moes)tuin, natuur en industrie. Hierbij is rekening gehouden met mogelijke blootstellingsroutes per type gebruik. Zo is bij de waarde voor ‘wonen met moestuin’ naast spelende kinderen ook rekening gehouden met 100% groenteconsumptie en 50% aardappelconsumptie uit eigen tuin. Deze lokale, gebruiksspecifieke risicogrenzen geven de gemeente een basis om te beoordelen of het betreffende gebruik van de grond veilig is. Bij de tijdens het onderzoek aangetroffen gehalten is dat het geval; die liggen ver onder de waarden die voor dat specifieke gebruik gelden.

De situatie met de bodemverontreiniging op het terrein van Chemours zelf en daarbuiten wijzigt door de uitgevoerde onderzoeken niet. Het beheerssysteem om verdere verspreiding van de bodemverontreiniging (met onder meer PFOA) te voorkomen functioneert en wordt doorlopend gecontroleerd.

De gemeente Dordrecht is samen met het Ministerie van Infrastructuur en Milieu opdrachtgever voor het landelijke project ‘ontwikkeling handelingskader PFOA/PFAS’. Dit brengt onder meer de landelijke problematiek, de verontreinigingsbronnen en de juridische en beleidsmatige consequenties in kaart. Ook worden er onderzoeks- en saneringsmethoden ontwikkeld. Zij zullen zich ook buigen over de vraag of vervolgonderzoek naar de verspreiding door de lucht in Dordrecht en omgeving noodzakelijk is. De aangetroffen hoeveelheden GenX in grond en grondwater zijn heel beperkt. Toch willen gemeente en provincie het RIVM vragen om ook voor GenX risicogrenswaarden voor grond en grondwater af te leiden.

In de driejaarlijkse Landelijke Rapportage Grondwaterkwaliteit in Nederland is in het meest recente onderzoek naast de stoffen zoals nutriënten, gewasbeschermingsmiddelen en farmaceutische stoffen ook de aanwezigheid van PFOA in grondwater meegenomen. Uit de resultaten blijkt dat PFOA in het gehele land is aangetroffen. In Zuid-Holland liggen de concentraties tussen 0,04 en 0,24 µg/L. Dat komt overeen met de landelijk gemeten concentraties; 0,03 – 0,34 µg/L. In 2018 is er een nieuwe meetronde waarin deze stoffen weer worden meegenomen.

Dit artikel delen